• levering binnen 1-2 werkdagen
  • veilig betalen

Sociale nood en christelijk geloof

Volgens dr. Bart Jan Spruyt, in zijn inleiding op de onlangs verschenen bundel teksten Sociale nood en christelijk geloof , is het christelijk-sociale denken in Nederland niet begonnen met de PvdA, maar een vrucht van het Reveil. Daarmee miskent hij op zijn beurt de rijkdom aan overwegingen, die al ver voor de negentiende eeuw katholieken en doopsgezinden inspireerden tot tal van sociale initiatieven. Hij heeft gelijk wanneer hij ermee bedoelt dat het sociale denken zoals dat binnen de huidige protestantse politieke verhoudingen opgeld doet, in belangrijke mate is geïnspireerd door deze opwekkingsbeweging.
En dat denken is daarom zo actueel, omdat onze veelgeprezen verzorgingsstaat, op de grenzen van haar kunnen stuit. Zonder hulp van tal van maatschappelijke instellingen en, vooral, een sociale moraal, is elk streven de bestaande armoede in de samenleving effectief te bestrijden tot mislukken gedoemd. Sterker nog, met liberale denkers als Alexis de Tocqueville (terecht heeft Spruyt van hem een tekst opgenomen in de zojuist genoemde bundel) en Thorbecke, waren de mannen (o.a. Heldring) en vrouwen (o.a. Maclaine Pont) van het Reveil de overtuiging toegedaan dat de overheid slechts in het uiterste geval, en dan nog incidenteel, diende zorgte dragen voor een sociaal vangnet. Ai het meerdere zou impliceren dat de Wet van Mozes had afgedaan. Dat zou ook het failliet van Nederland als christelijke natie betekenen. Dan zou de Revolutie, met haar opvatting van een neutrale staat gerund door bureaucraten, het pleit hebben gewonnen van de christelijke naastenliefde. Daarom zag Abraham Kuyper zich 125 jaar geleden geroepen het eerste Christelijk-Sociaal Congres te organiseren en zich in een inmiddels beroemd geworden rede tot het gereformeerde volksdeel te richten. Ook deze rede is opgenomen in de bundel van dr. Spruyt. Kuyper erkende dat "in het socialisme een waarheid gemengd" lag die het zoveel kracht gaf. Want de toestand der lagere bevolking was inderdaa d zeer kommervol. Daarom hadden christenen de plicht tot verbetering van haar materiële toestand. Niettemin vond het socialisme zijn oorsprong in de Revoiutie, en was daarom, evenals de Revolutie zelf, "alleen door het Christendom te overwinnen," zo haalde Kuyper instemmend de woorden van Groen van Prinsterer aan. Vraag was alleen, hoe? Was meer overheid hier de oplossing? In het antwoord dat Kuyper geeft, herkennen we niet louter het Reveil, maar evenzeer de Romantiek. Want, tegenover de Revolutie, verwacht hij het niet van de staat als representant van een verzameling individuen; het is veeieer de samenleving als levend organisme dat hier zelf tot ontplooiing dient te komen. "Daarom zeg ik," zo stelt Kuyper: "beperk de stoffelijke staatshulp steeds tot de allergeringste afmetingen, tenzij u de arbeidersstand wilt ontzenuwen en zíjn natuurlijke veerkracht wilt breken. Blijvend heil schuilt voor volk en vaderiand, en zo ook voor onze arbeidersstand, alleen in een krachtig eigen initiatief."

Sociale nood en christeli...

dr. B.J. Spruyt
vanaf 399