Hij dichtte zelf gezangen en heeft in zijn bundel tal van gezangen van Watts, Newton, Cowper en anderen opgenomen. Anderen onder wie de ook in Nederland bekende JC. Philpot breidden deze bundel uit.
Ik heb deze bundel wel eens gebruikt als een soort dagboek en las dan elke dag een gezang om er vervolgens over te mediteren. In een periode dat ik door een diep dal van duisternis en aanvechting ging, waren juist deze gezangen waarin de leer van vrije genade zo diep en treffend wordt verwoord, mij meer dan eens tot troost.
Een aantal van deze gezangen is in het Nederlands herdicht. Je komt ze tegen in de Hervormde bundel van 1938 en in het Liedboek van de kerken. Naast ‘Rock Ages cleft for me’ en ‘Amazing Grace’ denk ik bijvoorbeeld aan ‘When I survey the Wondrous Cross’ (Wanneer ik het wond’re kruis aanschouw) en ‘God Moves in a Mysterious Way his Wonders to Perform’ (God gaat Zijn ongekende gang vol duist’re majesteit)
Toen ik in 2004 een boek liet uitgeven over een vijftal Engelse gezangendichters en een toelichting gaf op enkele van hun gezangen, zijn daarin die weergegeven in een herdichting van de hand van N.A. Eikelenboom. Bewust gebruik ik het woord ‘herdichting’ in plaats van ‘vertaling’. Wie een gezang in een andere taal weergeeft, moet zich altijd een zekere vrijheid ten opzichte van het origineel veroorloven. De herdichting moet ook literaire schoonheid hebben en dichterlijke kenmerken vertonen.
Tal van prachtige gezangen uit de Gadsby’s Hymns zijn nooit nog herdicht. Daarom vind ik het een zeer goede zaak van ds. H. Brons, predikant van de Gereformeerde Gemeente van Moerkapelle, dat hij dit deed met een vijftigtal gezangen. Hij deed dat, zo schrijft hij, in de hoop dat de inhoud van deze liederen ook in Nederland weerklank zal vinden. Daarin val ik hem helemaal bij. Temeer omdat afgezien van een aantal aspecten van de sacramentsleer eigenlijk de gehele gereformeerde theologie in de Gadsby’s Hymns is te vinden. Wat vooral opvalt, is hoezeer in deze gezangen de persoon van de Heere Jezus Christus en Zijn kruis centraal staan.
Brons geeft van elk gezang aan wat het nummer ervan is in de Gadsby’s Hymns en vermeldt evenals in de Gadsby’s Hymns zelf het geval is, op welke Schriftgedeelten in het bewuste gezang wordt gezinspeeld. Dat verklaart dan direct weer de kracht van deze hymnes. Ze zijn Bijbels van karakter en dat in meer dan een opzicht.
Brons heeft zijn werk zeer goed gedaan. Temeer omdat hij het zo deed dat de gezangen kunnen worden gezongen op de oorspronkelijke Engelse melodieën. Bijzonder mooi vind ik de herdichting van een gezang van de hand van Gadsby zelf en wel hymne 698 dat begint met de regels: ‘Pause my soul! and ask the question, Art thou ready to meet God.’
Ik besluit met de herdichting van dit gezang door Brons
Wacht, mijn ziel, en laat je vragen
Of je voor Gods troon kunt staan;
Mag je Christus’ Naam al dragen
Bracht Zijn bloed mij reinheid aan
Ken ik eenheid
Met het levend Hoofd der Kerk
Heeft Zijn Geest je kracht gegeven?
Ken je door geloof Zijn stem?
Is Zijn dood alleen je leven?
Werp je steeds je zorg op Hem?
Bid je steeds weer Hem te spieg’len als Zijn beeld
Als je hoop bij Christus ankert;
Laat Hem komen op Zijn uur.
Zorg, mijn ziel, dat je niet wankelt,
Leun op Hem, Hij kocht je duur;
Straks verblijdt Hij
Met Zijn vriendelijk gelaat
Wie een vreemde is gebleven
Van Zijn rijke Naam en bloed,
Zorgt niet goed voor eigen leven;
Weet dat God je eens ontmoet
Denk en beef dan,
Want de dood is onderweg.